Artikel 19 – Geweld, mishandeling en verwaarlozing
Bescherming tegen kindermishandeling – Artikel 19 Kinderrechtenverdrag
Kindermishandeling kan vele vormen aannemen. Onder lichamelijke kindermishandeling vallen alle vormen van lichamelijk geweld tegen het kind. Bijvoorbeeld slaan, schoppen, bijten, knijpen, schudden (van een baby) of het kind laten vallen. Ook de corrigerende tik valt hieronder. Deze is in Nederland sinds 2007 bij wet verboden. Wat kinderen ook doen, ze mogen dus nooit geslagen worden, omdat slaan iemand zijn waardigheid aantast.
Van psychische of emotionele kindermishandeling is sprake wanneer ouders of andere opvoeders het kind regelmatig uitschelden, vernederen, treiteren of angst aanjagen. Ook het opsluiten of (sociaal) isoleren van een kind valt hieronder.
Lichamelijke verwaarlozing is een passieve vorm van kindermishandeling. Een kind krijgt dan niet de zorg krijgt die het nodig heeft.
Bij psychische of emotionele verwaarlozing schieten de ouders of opvoeders doorlopend tekort in het geven van liefde, warmte, aandacht en waardering, geborgenheid en steun.
Seksueel misbruik bestaat uit alle seksuele aanrakingen die een volwassene een kind opdringt. Door het lichamelijke of relationele overwicht, de emotionele druk, of door dwang en geweld van de volwassene kan het kind die aanrakingen niet weigeren. Dit heeft grote schadelijke gevolgen voor het kind